Ga in een cirkel staan. Spring om de beurt in het midden van de cirkel en beeld een object uit terwijl je zegt wat je bent (“Ik ben een Boom!”). De volgende persoon associeert hierop en kiest een volgend object (“Ik ben een vogel!”). Vervolgens doet nog iemand dit (“ik ben een appel!”). De boom kiest het object dat hem het meest aanspreekt en gaat samen met dit object weer in de kring staan. Nu staat er nog één iemand in het midden. Hierop wordt weer op dezelfde manier door geassocieerd, zoals op de eerste persoon.
Uitvoering
10 minuten
Level
Medium